Mijn vorige tondeuse was een Philips Philishave HQ C281. Deze werd geleverd met alleen een opzetkam voor 4 tot 21 mm resterende haarlengte, een kappersschaar en een gewone kam. Hij was in 12 uur op te laden voor een snoerloze kniptijd van ca. 35 min.
Ik heb hem d.d. 07-09-2002 voor 35,95 euro gekocht bij V&D te Amstelveen.
Na enige knipbeurten bleek de accu na het opladen niet meer sterk genoeg voor snoerloos gebruik. In de praktijk heb ik waarschijnlijk vergeten de gebruiksaanwijzing te volgen, die vermeldt dat accu niet langer dan 24 uur geladen mag worden en niet op netspanning mag werken wanneer de deze volledig opgeladen is.
Sindsdien heb ik de HQ C281 steeds met snoer gebruikt.
Op 26-09-2009 (dus na iets meer dan zeven jaar) bleek de motor niet meer genoeg kracht te hebben om het messenblok aan te drijven.
Op 03-10-2009 (om 14:10 uur) kocht ik voor 41,95 euro bij de heer Pogosian van de firma Block te Haarlem het vitrinemodel van de Philips QC5055 incl. een adapter, een kleine opzetkam voor 3 tot 21 mm resterende haarlengte, een grote kam voor 23 tot 41 mm, een stoppelkam voor 1,6 mm, een schoonmaakborsteltje en twee jaar garantie.
Dit apparaat biedt mij het voordeel dat hij het meest lijkt op mijn oude tondeuse (zie boven) en een krachtiger ontwerp dan die van de Philips QC5050 belooft – ik reken op een meer degelijke mechanische constructie en een accu met een langere levensduur. Dit laatste meen ik ook te kunnen afleiden uit het feit dat in de brochures voor beide tondeuses een gelijke accugebruiksduur van 35 minuten wordt opgegeven en een verschillende oplaadtijd: QC 5050 8 uur en de 5055 10 uur.
De contourvolgende kam van de QC5050 heb ik nooit ervaren en mis ik dus ook niet bij de QC5055.
De eerste knipbeurt op Werelddierendag 2009 is een succes geworden. Net als vroeger kon ik eenvoudig zelf mijn hoofdhaar op 9 mm lengte brengen (stand 3). De sprietjes op het kale bovendeel van mijn schedel kortte ik in met de stoppelkam.
Voor het afwerken van de achterkant, de bakkebaarden en de randjes boven de oren, bood mijn moeder in dit geval de helpende hand.
Met de stoppelkam deed zij de haren op en onder mijn - kennelijk natuurlijk gevormde – nekhaarlijn en zonder enige kam de bakkebaarden en de randjes boven het oor.
Het hele klusje duurde niet meer dan ca. 20 minuten en zal de volgende keer waarschijnlijk wel weer iets vlotter gaan.
Elke 5 tot 7 weken knip ik m’n haar. Het vorige apparaat ging zeven jaar mee. Laten we nu eens aannemen dat dit uitzonderlijk was en dat deze nieuwe misschien na 5 jaar al de geest geeft. Dan zal ik met mijn QC5055 van 41,95 euro dus minimaal 52 keer de kapper uitsparen, ofwel dan kost mijn doe-het-zelf knipbeurt elke keer 0,81 euro.
Kappers in mijn omgeving, rekenen voor het coifferen van heren, gemiddeld minimaal 20 euro, alle keren. Over een periode van 5 jaar zou ik bij hen dus zeker 1.040 euro gaan uitgeven.
Zo bezien bespaar ik met deze investering van 41,95, per jaar meer dan 200 euro.
